Verschillen huurrecht woonruimte en bedrijfsruimte

Wettelijke bescherming huurder

Een huurder van een woonruimte heeft op grond van de wet meer huurbescherming dan een huurder van een bedrijfsruimte. In het huurrecht wordt onderscheid gemaakt tussen drie varianten huur van onroerend goed. Zo kent de wet specifieke bepalingen voor huurrecht van woonruimte, voor huurrecht van bedrijfsruimtes die zijn omschreven in artikel 7:290 BW (bestemd voor de uitoefening van een kleinhandelsbedrijf, van een restaurant- of cafébedrijf, van een afhaal- of besteldienst of van een ambachtsbedrijf, een en ander indien in de verhuurde ruimte een voor het publiek toegankelijk lokaal voor rechtstreekse levering van roerende zaken of voor dienstverlening aanwezig is) en voor overige bedrijfsruimtes (zoals onder andere kantoorruimtes). De huurder van een woonruimte heeft de meeste wettelijke bescherming.


Om te bepalen welk huurregime van toepassing is wordt gekeken naar de feitelijke bestemming van het gehuurde en niet naar hoe partijen de huurovereenkomst hebben genoemd. Het komt dan ook regelmatig voor dat er een andere huurregime van toepassing is dan partijen voor ogen hadden.


De grootste verschillen zitten in de wijze van opzegging van de huurovereenkomst, de looptijd en de bescherming van de huurder ten opzichte van de verhuurder.


Advocaat huurrecht

Heeft u advies nodig bij een opzegging van een huurovereenkomst of bij het opstellen van een huurovereenkomst? Neem dan vrijblijvend contact met advocaat vastgoedrecht Shyra Mijdam (shyra@fennekadvocaten.nl).