De rechtbank Amsterdam heeft recent geoordeeld dat een trustkantoor, een voormalig directeur en een oud-relatiemanager van dat kantoor, twee klanten hebben geholpen met fraude door geld weg te sluizen uit het zicht van de Nederlandse Belastingdienst. Dat is onrechtmatig en leidt onder meer tot bestuurdersaansprakelijkheid.
De klanten van het trustkantoor werden vorig jaar strafrechtelijk in hoger beroep veroordeeld voor hun frauduleuze praktijken tot een gevangenisstraf van respectievelijk 16 en 21 maanden.
Verstrekkende uitspraak voor trustkantoren?
De belastingdienst is overgegaan tot een civielrechtelijke poging om de fraude aan te pakken. Dit heeft geleid tot aansprakelijkheid van de trust, de bestuurder en de werknemer tegenover de Belastingdienst. In het vonnis wordt door de rechtbank overwogen dat het trustkantoor zich ervan dient te onthouden adviezen te geven of diensten te verlenen die op belastingontduiking zijn gericht. Ook mogen ze dit niet doen in omstandigheden waar het risico aanwezig is dat deze voor belastingontduiking zullen worden gebruikt. Van belastingontduiking is sprake als de dienst de functie heeft het bestaan van de belastingbetaler voor de Belastingdienst te verhullen, of als de belastingbetaler belastingplichtig is in Nederland.
Toch is dit wel gebeurd. Ook de medewerkers hebben daarmee een integriteitsnorm geschonden wat op grond van artikel 6:162 Burgerlijk Wetboek een onrechtmatige daad oplevert. De directeur kan als bestuurder van de trust op grond van artikel 2:11 BW worden aangesproken aangezien de trust een ‘ernstig verwijt’ kan worden gemaakt. De oud-relatiemedewerker kan ook op grond van artikel 6:162 BW worden aangesproken.
Uit de uitspraak blijkt wel dat het hier gaat om een extreem geval, maar toch zal het voor menig trustkantoor wel een waarschuwing zijn.
Fraude en het trustkantoor
Het trustkantoor heeft op een aantal manieren geopereerd. Meestal was het de bedoeling een bepaalde vennootschap leeg te trekken door contracten met daarin boeteclausules af te sluiten met andere vennootschappen die ook in handen waren van de fraudeurs. Het contract werd expres niet nagekomen zodat de boete moest worden betaald. Zodoende ontstond er een verlies dat van de winst van het jaar daarvoor werd afgetrokken. Hierdoor werd er ten onrechte bespaard op de vennootschapsbelasting. Ook werden er enorme ‘professional fee’s’ gevraagd door onder andere de oud-relatiemanager, zonder dat duidelijk was welke diensten nou werkelijk waren verleend.
Bestuurdersaansprakelijkheid voor bestuur trust?
Voor andere trustkantoren en de medewerkers daarvan breken spannende tijden aan. De uitspraak van de rechtbank Amsterdam heeft, net als elk ander vonnis in Nederland, precedentwerking. Dit houdt in dat ook andere partijen gebruik kunnen maken van de toepassing van het recht in deze uitspraak. Dat betekent dat bijvoorbeeld de belastingdienst ook andere trustkantoren of medewerkers daarvan aansprakelijk kan gaan stellen voor fraude op grond van onrechtmatige daad of bestuurdersaansprakelijkheid. Hiervoor moet uiteraard wel eerst sprake zijn van onrechtmatig handelen.
Wat is de schade van dit onrechtmatig handelen?
Er is door de rechtbank Amsterdam nog niet bepaald hoe hoog de schadevergoeding dient te zijn. Dit moet gebeuren door een zogenaamde schadestaatprocedure. In een schadestaatprocedure staat vast dat een partij aansprakelijk is voor de geleden schade van de andere partij en bepaalt de rechter hoe hoog de vergoeding dan zou moeten zijn. Reden voor het niet direct vaststellen van de hoogte van de schade kan liggen in het feit dat berekening daarvan te complex is op het moment van de zitting of dat nog niet alle schadeposten helemaal duidelijk zijn. Dat er dan sprake is van schade staat vast, maar de hoogte daarvan zal later moeten blijken. Het trustkantoor en de medewerkers zullen dus nog een keer voor het gerecht dienen te verschijnen en daar zal uiteindelijk blijken hoeveel geld ze de Belastingdienst dienen te vergoeden.
Heeft u een vraag over bovenstaande blog of naar aanleiding hiervan vragen? Neem dan contact op met financieel recht advocaat Jasper Hagers.