Een kort geding is snel, dynamisch en praktisch: één van mijn favoriete procedures. Onder tijdsdruk moeten er snel strategische beslissingen worden genomen. Kort geding: vijf tips voor succes
Wat leg ik in kort geding wel aan bewijs over, welke stellingen neem ik wel en niet in en is het niet te complex voor een kort geding? Ervaring telt hier zwaar: na veel kort geding procedures: ieder kort geding is weliswaar anders. De ervaringen als kort geding advocaat kunnen wel het verschil maken. In deze blog geef ik enkele tips voor een kort geding.
Tip 1 kort geding: spoedeisend genoeg?
Hoewel spoedeisendheid snel wordt aangenomen in kort geding, komt het toch voor dat rechters in sommige gevallen terughoudend zijn met vorderingen in kort geding. Het kan daarbij zinvol zijn om verweer te voeren tegen de spoedeisendheid, of goed na te gaan of het wel zinvol is om het risico te lopen om een niet spoedeisende vordering in te stellen in kort geding. Zeker bij geldvorderingen zijn kort geding rechters wél kritisch. Als het evident spoedeisend is, dan is het veelal zonde van de (beperkte!) tijd ter zitting om er te veel woorden aan te wijden. Rechter zullen dan vrij snel aannemen dat er spoedeisendheid “uit de aard van de zaak volgt”.
Tip 2 kort geding: uitgebreid schriftelijk verweer of op de zitting?
Als gedaagde partij in kort geding is hét moment om verweer te voeren op de zitting. Veel partijen kiezen er echter voor om vooraf een schriftelijke reactie op de dagvaarding te geven. Op die manier is de rechter voor de zitting deugdelijk geïnformeerd en kan de tijd ter zitting besteed worden aan andere zaken, bijvoorbeeld de verkenning van een schikking (en misschien is daarover al voor het kort geding gesproken).
Toch is het niet altijd verstandig om het verweer vooraf toe te sturen. De andere partij kan zich daar natuurlijk helemaal op voorbereiden en er is geen verplichting om het verweer vooraf aan de rechter te sturen.
Tip 3 kort geding: dwangsommen
Zowel als eisende partij als verwerende partij is de dwangsom een belangrijk onderwerp. Als kort geding advocaat kijk ik altijd kritisch naar een gebod of een verbod gevorderd. Wat wordt gevorderd en is het haalbaar in kort geding. Dan moet er in veel gevallen ook een prikkel zijn om iets wel of niet te doen. Eerdere brieven hebben voorafgaand aan het kort geding namelijk niet tot het gewenste effect geleid, anders is een kort geding ook niet noodzakelijk.
Dan is het petitum (daarin staat wat de eis is) erg belangrijk. Wat wordt er precies gevorderd van de andere partij en waarom is het noodzakelijk dat er een dwangsom op komt. Zowel voor de eisende partij als de verwerende partij is dit erg belangrijk, ook in verband met allerlei dwangsomperikelen en executiegeschillen.
Tip 4 kort geding: pas op voor publiciteitsrisico
Bij spraakmakende zaken is publiciteit een belangrijk risico. De recente uitspraak van de hoogleraar aan de Universiteit Amsterdam heeft dat maar bevestigd. De hoogleraar wilde, vanwege een #metoo-affaire niet dat zijn naam in het artikel van NRC terechtkwam. En de rechter gaf hem gelijk: nrc mocht naam van ex-hoogleraar niet publiceren. Enigszins tegen mijn verwachting in (omdat er toch alle aanleiding was om de naam wel te noemen, ook vanwege de vrijheid van meningsuiting).Het nadeel was echter dat iedereen op internet (en meer in het bijzonder Twitter) slechts in enkele minuten de naam van de hoogleraar had gevonden en vervolgens hij nog veel meer media-aandacht kreeg. De journalisten waren (volgens mij) blij met alle aandacht en het is de vraag of deze hoogleraar het kort geding had opgestart met deze wetenschap vooraf.
Tip 5 kort geding: het is maar een voorlopig oordeel
Het klinkt wat flauw, maar een kort geding is en blijft een voorlopig oordeel. In een gewone procedure (een bodemprocedure) kan het allemaal anders zijn. In een bodemprocedure is er meer plek voor het leveren van bewijs (denk aan het horen van getuigen, het benoemen van deskundigen, et cetera). Toch blijft het vaak bij een kort geding, omdat ook kort geding rechters natuurlijk gedegen naar de zaak kijken. Feit blijft echter dat het “maar” een voorlopig oordeel is, hetgeen in dezelfde media overigens nog wel eens vergeten wordt. Ook is het zo dat ieder belang om nog een procedure te voeren soms verdwenen kan zijn door een kort geding vonnis. Wat in dat kader ook nog wel eens wordt vergeten en dikwijls wordt nagelaten, is dat er natuurlijk ook gewoon hoger beroep mogelijk is van dat kort geding (wel een termijn van vier weken in plaats van drie maanden) en zelfs kan men naar de Hoge Raad gaan. Dit laatste komt niet al te vaak voor, maar is wel mogelijk. Het spreekt overigens wel voor zichzelf dat aan een uitspraak van de Hoge Raad in kort geding (ondanks dat het een voorlopig oordeel is) toch relatief veel gewicht zal worden gehecht.
Kort geding advocaat?
Bent u zelf betrokken in een kort geding of hebt u vragen over de tips uit deze blog? Aarzel dan niet om contact met mij op te nemen. Jasper Hagers, advocaat kort geding.