Kort geding Sanderink dwangsom

Het zoveelste kort geding in de soap van Gerard Sanderink en zijn ex vriendin Brigitte van Egten. Dit keer een kort geding over het niet naleven van een vonnis en het verbeuren van een dwangsom. Eerder is Sanderink door de rechtbank Amsterdam verboden om zich toegang te verschaffen tot de e-mail accounts van zijn ex-vriendin. De rechtbank Amsterdam verbond aan die veroordeling een hoge dwangsom, omdat Sanderink eerder een vonnis niet naleefde. Er was een uitzondering op het verbod, te weten dat een onafhankelijk bureau onderzoek mocht doen. Vervolgens schakelde Sanderink een Oost Europees transportbedrijf in om onderzoek te doen. Zijn ex vond dat in strijd met het vonnis en ging executoriaal beslag leggen. De vraag in dit kort geding is of Sanderink dwangsommen aan ex moet betalen.

Niet naleven vonnis: verbeuren van dwangsom

Dit kort geding ging over de vraag of de heer Sanderink het vonnis van de rechtbank Amsterdam heeft geschonden en daarom een dwangsom heeft verbeurd. Wat speelde er in dit kort geding?

Sanderink heeft e-mailberichten van zijn ex ter beschikking gesteld aan hettransport bedrijf AB COM. Vervolgens heeft hij gesteld dat er sprake zou zijn van een onafhankelijk onderzoeksbureau. Er zou volgens Sanderink geen sprake zijn van schending van het verbod en het verbeuren van een dwangsom.

U voelt hem waarschijnlijk al aankomen.

Mevrouw Van Egten was logischerwijs ‘not amused’ en ging op basis van het vonnis van de rechtbank Amsterdam executeren.  Sanderink spande dit kort geding bij de rechtbank Overijssel aan en voerde aan dat het verbod niet was overtreden, omdat hij gebruik maakte van de uitzondering die de rechtbank Amsterdam hem had geboden. Ondanks de corona crisis, vond de zitting bijzonder genoeg op 2 april 2020 plaats.

Hoge dwangsom invorderen

Mevrouw Van Egten diende een tegenvordering in. Te weten verhoging van de dwangsom en een vaststelling van het aantal keer dat de dwangsom is verbeurd. De rechter verwijst helder naar het vonnis van de rechtbank Amsterdam:

Alleen in het geval de voormalige e-mailbestanden van [gedaagde] bij [eiser] / [bedrijf] ter beschikking worden gesteld van een onafhankelijke derde die is ingeschakeld voor het doen van onderzoek naar vermeende destijdse fraude van [gedaagde] , kan geen sprake zijn van schending van privé-gegevens van [gedaagde] en kunnen daarom geen dwangsommen worden verbeurd.

Daar voldoet het transportbedrijf evident niet aan. Opvallend is dat uit de uitspraak blijkt dat er zeer amicaal en vriendelijk met dit “onderzoeksbureau” is omgegaan en dat er van onafhankelijkheid geen enkele sprake is. Ook blijkt dat er geen relevante onderzoekservaring en kennis is bij het bureau en de zorgvuldigheid niet in de acht is genomen. De dwangsommen zijn dus verbeurd. Opvallend genoeg wordt er geen verhoging van dwangsommen toegewezen, omdat de rechter aangeeft dat mevrouw nog steeds kan executeren op basis van het vonnis van de rechtbank Amsterdam. Een vaststelling van het aantal dwangsommen, wordt niet toegewezen, om de logische reden dat dat een vaststelling van een rechtstoestand is en dat is een kort geding eenmaal niet mogelijk. Toch is de rechter in mijn ogen nog mild, ondanks Sanderink dit kort geding over dwangsom verliest.

Misbruik van procesrecht: kosten terugvorderen

Sanderink en zijn ex echtgenoot voeren tal van procedures, waarbij de vrouw zich op het standpunt stelt dat Sanderink lak heeft aan gerechtelijke uitspraken en haar probeert koste wat kost kapot te procederen. Hoewel ik dat niet kan vaststellen, kan ik wel concluderen dat de rechtbank Amsterdam in het kort geding van Sanderink over de dwangsom al erg duidelijk was. Zo overwoog de rechtbank Amsterdam:

Het voorgaande is aanleiding om de vorderingen onder i en ii jegens [naam 2] toe te wijzen. Daaraan zal gelet op zijn houding na het eerste vonnis van de voorzieningenrechter Overijssel een flinke dwangsom worden verbonden

Sanderink had zich al niet gehouden aan een eerder vonnis en dat is op zichzelf onrechtmatig. Dan is kennelijk een dwangsom onvoldoende prikkel om een vonnis na te leven. Dan moet (lijkt mij) in elk geval de dwangsom flink omhoog, hetgeen niet is geschied.

Betoogd kan ook worden dat Sanderink willens en wetens het vonnis van de rechtbank Amsterdam niet heeft nageleefd en dat er misbruik van recht is. Het is dan mogelijk om én een hoge schadevergoeding te vorderen en de kosten van de procedure terug te vorderen, hetgeen normaal niet mogelijk is.

Het is duidelijk niet het slotstuk in deze soap…

kort geding dwangsom